ik hoor gerommel dus ik loop de gang op,
Halverwege de gang denk ik STOP.
Ik ben mijn knuppel vergeten te pakken,
Want als ik iemand tegenkom sla ik hem in wrakken.
zacht loop ik de trap op die naar de zolder lijdt,
en denk in mijzelf ik heb nu al spijt!
Ik zie een brief liggen op de stoel,
Dit kan nooit goed zijn zegt mijn gevoel.
ik pak de brief op en vouw hem uit,
En er staat: als je deze brief leest weet dan dat als ik je tegenkom dat ik je opsluit.
Ik ren huilend naar mijn kamer en ga onder mijn dekens schuilen,
Waar ik in de hoop kan uithuilen.
Voetstappen komen de trap oplopen,
En ja hoor... mijn deur gaat open.
Ik probeer mijn adem in te houden zodat hij niet weet dat ik hier zit,
Mijn hele huidskleur wordt van angst wit.
ik hoor de voetstappen dichterbij komen,
en dan wordt mijn deken van mij afgenomen.
ik wordt meegesleurd en hij smijt me de kelder in,
ik schreeuw uit angst wat is dit voor onzin!
ineens hoor ik de deur op slot gaan,
en denk bij mezelf wat heb ik hem misdaan?
een tijdje later gaat de deur open,
er komen voetstappen de keldertrap afgelopen.
snel kruip ik een hoekje in,
Boven mij zit een gigantische vogelspin.
Maar het boeit me op dit moment niet zo veel,
Terwijl ik dat denkt wordt ik gegrepen bij mijn keel.
Hij pakt een stuk touw en bindt me vast aan een paal,


Dit gedicht is ingezonden door
Stemmen!

Hierboven kun je dit gedicht een waardering geven. Het aantal punten loopt van 1 tot 10, waarbij 1 heel slecht is en 10 heel goed. Klik je op stemmen, dan wordt je stem verzonden en ga je naar het volgende gedicht.

Volgende gedicht: een kerstboom kopen
Vorige gedicht: beste Amber